
Een nieuwe blog over het familiebedrijf. Deze keer over verwachtingen van de ouders die anders zijn dan die van hun kinderen.
“Hij snapt toch wel wat de bedoeling is!”
Herken je dat?
Iedereen heeft bepaalde – soms onuitgesproken – verwachtingen. Maar wat zijn het nu eigenlijk? Waarom houdt de ander er soms hele andere verwachtingen op na? En wat levert het uitspreken van bepaalde – soms onuitgesproken – verwachtingen ons op?
Wat zijn onuitgesproken verwachtingen?
Onuitgesproken verwachtingen zijn onuitgesproken gedachten over wat ‘de bedoeling is’ en iemand van de ander verwacht. Het zijn dus niet meer en niet minder dan gedachten. In alle begeleidingstrajecten binnen families en familiebedrijven komen wij ze tegen. Onlangs nog tijdens een begeleidingstraject met twee broers. Ineens vroeg één van de broers zich hardop af: “zou mijn zoon het wel echt leuk vinden om het familiebedrijf op te volgen?” en keek mij hierbij vragend aan. Ik gaf aan dat het een terechte vraag was en vroeg waarom hij zich dat ineens afvroeg. “Hij toont nauwelijks initiatief en begint er nooit over!” antwoordde hij resoluut. Toen ik aan hem vroeg of hij hier weleens met zijn zoon over sprak, zei hij “nee, dat niet… Maar ik wil mijn zoon ook niet een bepaalde richting op duwen en verwacht dat hij het initiatief neemt”. En dit was nu juist waar het om ging. In een vertrouwelijk gesprek met zijn zoon gaf deze namelijk aan dat zijn vader ‘nooit’ aan hem vroeg of hij in het bedrijf wilde komen werken. Ook aan hem vroeg ik of hij hier weleens met zijn vader over sprak. “Nee, natuurlijk niet … Ik ga mijzelf niet opdringen! Als mijn vader niet wil dat ik het bedrijf overneem, zal hij er ook niet over beginnen, denk ik”. Beiden hadden de onuitgesproken verwachting dat de ander het initiatief zou nemen om er over te beginnen met ieder zijn eigen overtuiging.
Wat levert het uitspreken van bepaalde onuitgesproken verwachtingen op?
Het voorbeeld hierboven geeft eigenlijk al antwoord op de vraag. Het uitspreken van bepaalde verwachtingen levert namelijk veel duidelijkheid op. Voorkom teleurstelling of frustratie door de ‘de lucht te klaren’ en bepaalde verwachtingen naar elkaar toe uit te spreken.
Een open deur zou je zeggen! Dat klopt, dat is het ook. Tegelijkertijd zien we in de praktijk dat dit niet altijd eenvoudig is. Plan daarom vaste overlegmomenten, stel een agenda op en zet ‘de dingen die mij bezighouden’ op de agenda. En soms kan het beter zijn om externe begeleiding te zoeken om de communicatie op gang te brengen. Een frisse blik van buiten signaleert namelijk bepaalde overtuigingen, verwachtingen en gevoeligheden en durft deze aan de kaak te stellen.
Waarom heeft je overdrager of opvolger soms andere verwachtingen?
Wij zien in de praktijk dat de verwachtingen van een overdrager en opvolger soms verschillend zijn van elkaar. Hoe dat komt? Je bent een kind van jouw generatie wordt weleens gezegd. Zet bijvoorbeeld de overdrager en opvolger eens naast elkaar (waarbij wij willen benadrukken dat dit niet in alle gevallen zo het geval is). Als overdrager bent u mogelijk geboren tussen 1955 en 1970. Dit was de generatie die zich kenmerkt door een ‘no-nonsense’, plichtsgetrouwe en hard werkende aanpak. De opvolger daarentegen is mogelijk geboren tussen 1985 en 2000. Dit is de generatie die beter is opgeleid dan ooit tevoren en die eerder ‘werkt om te leven’. Daar komt bij dat deze generatie veel verantwoordelijkheid naar zich toe trekt vanuit de gedachte ‘kom maar op’, terwijl overdragende generatie denkt ‘wie denk je wel wie je bent? Eerst zien en dan geloven!’.
Ten slotte
Ongetwijfeld zijn er ook in jouw situatie bepaalde – onuitgesproken – verwachtingen. Begrijpelijk en zoals aangegeven komen wij ze in alle begeleidingstrajecten tegen. Communicatie is het sleutelwoord. Vinden jullie dit spannend? Logisch, dat kan het soms ook zijn! Maar het is de moeite waard, want in het voorbeeld hierboven heeft het de familie een succesvolle opvolger opgeleverd.